Ik neem een serieus risico met het schrijven van deze column. Wanneer ik niet de juiste woorden kies, maak ik kans op een claim van, schrikt niet, €150.000,-. Maar ik houd wel van een uitdaging.
Ik erger me mateloos aan alles rondom zuivel “vervangende” drankjes.
Allereerst omdat in de volksmond nog altijd over melk wordt gesproken, terwijl ze een plantaardige vervanger bedoelen. Lieve mensen, melk komt uit een tepel. Niet uit met gif afgerijpt graan, genetisch gemanipuleerde sojabonen, rijst, lijnzaad, hazel- of amandelnoten.
Klimaatbewuste consumenten kopen een hip literpak suikerwater, opgeleukt met uitgeknepen vocht van granen, bonen, noten of zaden, met het idee dat het duurzaam en diervriendelijk is. Terwijl de ingrediënten, vanuit een gekapt oerwoud, worden aangevoerd met zwaar vervuilende vrachtschepen. Grappig detail, de restpulp gaat linea recta richting de varkensindustrie. De veganist voert het varken, dus ja, diervriendelijk is het wel.